Bezienswaardigheden Nice

Op de Cours Saleya in het centrum van het oude Nice wordt iedere dag markt gehouden. Hoewel de naam anders doet vermoeden zijn hier naast bloemen andere verse producten te koop die samen een kleurrijk geheel vormen. Op maandag is er geen algemene markt, maar verandert de Cours Saleya in een vlooienmarkt.

De boulevard langs het strand is een van de populairste attracties van de stad. De promenade werd aangelegd in opdracht van de Engelse elite die al in de 18e eeuw naar Nice kwam. Je ziet er monumentale gevouwen in belle épogue stijl, waaronder het beroemde Hotel Négresco.

De stranden van Nice liggen vol keien waar het niet prettig op liggen of lopen is. Toch zijn ze ’s zomers overvol. Wil je zacht liggen, dan zit er niets anders op dan een ligstoel te huren op een van de privé-stranden. Niet goedkoop, wel luxe!

Vlak voor zijn dood schonk Henri Matisse acht van zijn kunstwerken aan de stad Nice. Dankzij donaties van de familie en latere aankopen is de collectie van dit museum uitgegroeid tot een compleet overzicht van de ontwikkeling van Matisse.

Ten noorden van Nice zijn drie Romeinse badcomplexen en een amfitheater blootgelegd. Naast de opgravingen staat het Archeologisch Museum. Je ziet er voorwerpen die bij de opgravingen werden gevonden en er is een maquette van de Romeinse nederzetting.

Liefhebbers van avant-gardistische kunst moeten zeker naar het Musée d’Art Moderne et d’Art Contemporain (MAMAC). De nadruk ligt op de pop-art kunst uit de jaren zestig en de Franse variant daarop, het nouveau réalisme.

Het is een vreemd gezicht: een Russische kerk met de karakteristieke uivormige koepels aan de Middellandse Zee. De kerk werd gebouwd in opdracht van de laatste Russische tsaar, Nicolaas II. Het interieur van de kerk is rijk versierd met muurschilderingen, fraaie houten lambriseringen en iconen.

De bijbel was voor Marc Chagall de grootste inspiratiebron. Dit museum heeft de grootste collectie religieuze schilderijen van deze joodse kunstenaar. Het gebouw werd speciaal voor de collectie ontworpen en drie van de glas-in-loodramen zijn van Chagall’s hand.

De excentrieke barones Ephrussi de Rothschild liet aan het begin van de 20e eeuw een huis bouwen op het hoogste punt van Cap Ferrat. Na haar dood liet ze het huis en haar hele verzameling kunstschatten en antiek na aan het Institute de France.

Dit streekmuseum is vooral beroemd om het monumentale trappenhuis en de zalen op de tweede verdieping. Ze zijn rijk gedecoreerd met beelden en schilderijen. Verder is er een interessante verzameling antieke muziekinstrumenten.